Die gewildste vrae in die woordeboek.

Dit is 'n lys van die 1 - 200 navrae in die Dutch - Danish woordeboek.

Dit word maandeliks bygewerk.

7: katoen
8: ezel
9: ja
10: gezegde
15: vloeken
19: augurk
21: schatje
26: a
27: neuken
32: hallo
33: kruiden
34: het
41: knuffel
43: van
44: lekker
45: -
46: lieverd
47: liefde
48: diesel
49: vaak
50: kip
51: door
53: dus
54: wel
55: de
56: zijn
57: je
60: tevens
62: kut
65: lief
66: soms
67: herstel
68: mooi
70: bij
71: dan
73: al
75: er
76: op
79: sloffen
83: leuk
84: proost
87: nog
88: -achtig
93: btw
94: mogen
95: liefje
96: maar
99: zien
100: en
101: of
102: toeslag
103: soepel
105: tiet
106: want
109: broodje
110: tijdens
111: weer
112: bedankt
114: bieslook
117: alleen
119: Groetjes
120: piemel
122: tot
123: aanvraag
124: zoethout
125: zetmeel
126: huwelijk
127: ophalen
128: wat
130: terug
131: bepaald
132: na
133: nu
134: te
135: kunnen
136: waar
137: bijna
138: flaneren
139: voor
141: moeder
143: willen
144: vriendin
146: mooie
147: zonder
148: slof
150: schaap
151: sesam
152: kermis
153: geregeld
154: thuis
155: groeten
156: als
157: boven
158: bijzonder
161: welkom
162: stout
163: brommer
164: u
165: bloem
167: dag
168: komkommer
169: uit
170: dom
171: brood
173: nederland
175: buiten
176: gaat
178: frisse
179: ik
180: vinden
181: Paranoia
182: gek
185: desem
186: aanbod
187: blijven
188: beer
190: feest
191: moeten
192: ruim
194: zeebaars
196: geil
197: jij
198: sojamelk
199: karnemelk
200: kalf