Die gewildste vrae in die woordeboek.

Dit is 'n lys van die 10101 - 10200 navrae in die Dutch - English woordeboek.

Dit word maandeliks bygewerk.

10102: complex
10104: Zondeval
10105: isoleren
10107: verzanding
10108: schaamlippen
10109: kleden
10110: persen
10111: snelweg
10112: afmeting
10113: zuignap
10114: deelwoord
10115: nihil
10116: luxemburg
10117: eendenkooi
10119: wierook
10120: snurken
10121: kwaal
10122: Amerikaan
10123: blauwzuur
10124: besproken
10125: beangstigend
10126: kazerne
10127: snuitje
10128: uitgelopen
10129: maatlepels
10130: gering
10131: snuiten
10132: uitbetalen
10133: perzik
10134: babbel
10135: toeteren
10136: struikelen
10137: toejuichen
10138: brilveer
10139: onbetaalbaar
10140: uitzichtloos
10141: buitenkant
10142: kwadrant
10143: meerkoet
10145: sinterklaas
10146: zanglijster
10147: defect
10148: koosnaam
10149: Bang
10151: argumenteren
10153: Infadels
10154: volkenrecht
10155: triljard
10156: pluizen
10157: opwachten
10158: pictogram
10159: kleinkind
10161: dysfagie
10162: opdelen
10163: afronding
10164: weerbarstig
10165: publiceren
10166: formule
10167: neem
10168: zalvend
10169: blaas
10170: humaniora
10171: zuurstof
10172: boekentas
10173: huishouden
10174: geen dank
10176: kruisstaal
10177: wand
10178: aanklacht
10180: aanvaardbaar
10182: trigger
10183: lagen
10184: jawel
10187: longen
10188: koopmanschap
10189: schutter
10190: onterechte
10191: debiteur
10192: palpeerbaar
10195: hebbeding
10196: verwittig
10197: deontologie
10198: droogte
10199: verpleeghuis
10200: omhelzen